Gemiddelde stijging van 6,5 procent in Gelderland
Vanaf 1 januari 2026 worden treinkaartjes en de meeste abonnementen van de Nederlandse Spoorwegen (NS) gemiddeld 6,5 procent duurder. Dit is de grootste prijsstijging in jaren, maar in tegenstelling tot eerdere verwachtingen is de verhoging minder drastisch dan de eerder aangekondigde 12 procent. De NS heeft in samenwerking met het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat besloten om deze prijsverhoging over vier jaar te spreiden.
Voor inwoners van Gelderland, waar het openbaar vervoer een cruciale rol speelt in de dagelijkse mobiliteit, betekent deze verhoging dat reizigers extra kosten moeten incalculeren. Vooral forenzen die dagelijks van en naar steden zoals Arnhem of Nijmegen pendelen, zullen de impact van deze stijging merken. De NS hoopt met deze geleidelijke aanpassing te voorkomen dat reizigers abrupt geconfronteerd worden met hoge kosten.
De verhoging komt in een periode waarin veel mensen juist proberen te besparen op hun uitgaven. Met de inflatie die nog steeds voelbaar is, wordt het voor veel huishoudens steeds moeilijker om de kosten voor vervoer en andere levensbehoeften bij te houden. Het is dan ook te verwachten dat het aantal reizigers mogelijk zal afnemen, vooral onder de incidentele gebruikers van de trein.
Om een beter beeld te schetsen van wat deze prijsverhoging betekent voor de lokale bevolking, zijn hier enkele aandachtspunten:
- Forenzen in Gelderland zullen meer betalen voor hun dagelijkse ritten naar werk.
- De prijsverhoging kan invloed hebben op het gebruik van treinabonnementen.
- Mensen die minder vaak met de trein reizen, kunnen besluiten om alternatieven te zoeken.
De NS heeft aangegeven dat deze prijsverhoging noodzakelijk is om de kwaliteit van de dienstverlening op peil te houden en om te blijven investeren in het spoor. Voor veel reizigers is het echter een tegenvaller die hen kan dwingen om hun reisgedrag te heroverwegen. De komende maanden zal blijken hoe reizigers in Gelderland reageren op deze veranderingen en of er meer mensen zullen overstappen op andere vervoersmiddelen.
